SV | Ter tijd nu, als zij aanhieven met een vreugdegeroep en lofzang, stelde de HEERE achterlagen tegen de kinderen Ammons, Moab, en die van het gebergte Seir, die tegen Juda gekomen waren; en zij werden geslagen. |
WLC | וּבְעֵת֩ הֵחֵ֨לּוּ בְרִנָּ֜ה וּתְהִלָּ֗ה נָתַ֣ן יְהוָ֣ה ׀ מְ֠אָֽרְבִים עַל־בְּנֵ֨י עַמֹּ֜ון מֹואָ֧ב וְהַר־שֵׂעִ֛יר הַבָּאִ֥ים לִֽיהוּדָ֖ה וַיִּנָּגֵֽפוּ׃ |
Trans. | ûḇə‘ēṯ hēḥēllû ḇərinnâ ûṯəhillâ nāṯan JHWH mə’ārəḇîm ‘al-bənê ‘ammwōn mwō’āḇ wəhar-śē‘îr habā’îm lîhûḏâ wayyinnāḡēfû: |
Ter tijd nu, als zij aanhieven met een vreugdegeroep en lofzang, stelde de HEERE achterlagen tegen de kinderen Ammons, Moab, en die van het gebergte Seir, die tegen Juda gekomen waren; en zij werden geslagen.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Ter tijd nu, als zij aanhieven met een vreugdegeroep en lofzang, stelde de HEERE achterlagen tegen de kinderen Ammons, Moab, en die van het gebergte Seir, die tegen Juda gekomen waren; en zij werden geslagen.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!